Ten onrechte wordt vaak gedacht dat het aansluiten van buitenverlichting een grote uitdaging is. Er zijn tegenwoordig systemen verkrijgbaar, die niet meer van je vragen dan het leggen van een simpele draad door je tuin. Het uiteinde van de draad steek je in een transformator, die je vervolgens via het stopcontact met het stroomnet verbindt. Je hebt niet langer een elektricien nodig om je tuin van een aantal lampen te voorzien!

Het aanleggen van de tuinverlichting begint bij het uitwerken van een lichtplan. Om dit zo makkelijk mogelijk te maken, loont het om allereerst een tuinschets uit te werken. Teken hierop de verschillende borders, de plekken waar je normaliter zit in de avond, een pad en bijvoorbeeld het gazon. Op basis van deze schets kun je vervolgens verschillende soorten buitenlampen intekenen. Denk aan een combinatie van een aantal spots in de border, een aantal lampen naast je pad of rondom het terras, een buitenlamp aan de schutting of overkapping, enzovoorts. Kies voor lampen die een warm, ietwat geel licht afgeven. Het komt de sfeer in de tuin ten goede.

Bij het uitdenken van een lichtplan is het belangrijk om te zoeken naar de juiste balans. Je wilt voorkomen dat de tuin te sterk verlicht wordt. Immers, het duister zorgt voor een knusse sfeer op een warme zomeravond. Het is niet voor niets dat vaak heel bewust gekozen wordt voor een zachte kleur verlichting in de tuin. Doel van het aansluiten van de tuinverlichting is het accentueren van de meest fraaie elementen in de tuin. Dat kan een kunstwerk zijn, een mooie boom, de heesters of het terras. Afhankelijk van het uit te lichten element in de tuin kun je uit verschillende armaturen kiezen. Eerder op de pagina worden daar voorbeelden van genoemd: een lamp aan de schutting, een lamp in de grond, een staande lamp naast het pad, enzovoorts.