Tegenwoordig zie je overal berichten over hoe je slakken moet weren uit je tuin. Ze verpesten de oogst van je moestuin en molesteren je planten. Maar er zijn ook nuttige slakken die juist hartstikke fijn en vriendelijk zijn in de tuin. Zij eten bijvoorbeeld dood plantenmateriaal of ongewenste tuingasten zoals brandnetel, en soms zelfs de eitjes van de schadelijke naaktslak. Drie nuttige slakken op een rij. 

De gewone tuinslak (Cepaea nemoralis)

Tuinslakken eten voornamelijk dood blad. Maar ze lusten ook graag brandnetels, zwammen, uitwerpselen, algen en fruit. Deze slak is te herkennen aan een bruin, geel of roze huisje met donkere spiraalbanden. Dit zijn er hoogstens vijf, maar ze kunnen ook ontbreken. Het lichaam is grijs en de kop heeft vier sprieten: twee lange met oogjes en twee korte voor het waarnemen van geuren. De gewone tuinslak onderscheidt zich moeilijk van de witgerande tuinslak. Deze heeft een witte rand van de opening van het huisje, terwijl deze rand bij de gewone tuinslak donker is. Toch kunnen de twee niet samen voortplanten!

Er zijn nuttige slakken die ongewenste tuingasten elimineren – Natuur van Buitenleven

Het huisje van de barnsteenslak is bijna doorzichtig

De gewone barnsteenslak (Succinea putris)

Ook de barnsteenslak eet over het algemeen geen groene plantendelen. Ze leven vooral in tuinen met een vijver of waar een sloot in de buurt ligt. Deze slak houdt namelijk van vochtigheid en is dan ook vooral na een regenbui te zien. Ze willen zelfs het water weleens ingaan. Het huisje is heel dun, zo dun dat het zonlicht erdoorheen schijnt. Dit geeft een effect net als barnsteen. Het meest vreemde aan de gewone barnsteenslak? Dat is toch wel dat hij regelmatig gastheer is van een wormachtige parasiet, die in zijn tentakels zitten.

Er zijn nuttige slakken die ongewenste tuingasten elimineren – Natuur van Buitenleven magazine

De poelslak leeft in zoete wateren

De poelslak (Lymnaea stagnalis)

Deze slak vind je alleen in je tuin als je een vijver hebt. Hij leeft namelijk in stilstaand zoet water en voedt zich met rottende plantendelen, algen en aas. Het beestje moet regelmatig naar boven om adem te halen. Vreemd aan de poelslak is dat hij zelfs zijn eigen uitwerpselen opeet. Dat betekent wel dat zijn stofwisseling zowel duurzaam als efficiënt is. Het slakkenhuisje is prachtig en kan tot wel zes centimeter lang worden.

Slakken die je planten wél opeten

Heb je toch last van slakken die je moestuin of je planten opeten, zoals de naaktslak? Bestrijd ze dan liefst op een natuurlijke manier. Lees daarvoor het artikel ‘Wat doe je tegen slakken?

3.2/5 - (18)