Tekst: Janneke Klunder

Pepernoten, de intocht en schoen zetten: Sinterklaas was een hit bij mij en mijn zussen. Toch kon ik niet wachten tot de Sint het land weer had verlaten, want dat betekende dat de kerstboom eindelijk kon worden opgezet. Niet meteen, nee, nee. Drie weken tegen zo’n boom aankijken vonden mijn ouders iets te veel van het goede. Dus vaak een week of wat voor kerst stapten mijn vader en ik op de fiets om op kerstbomenjacht te gaan, want het moest wel een echte zijn. Langs achtertuintjes van mensen die een centje bij wilden verdienen, maar vaak belandden we bij de scouting. Jongelui die gekleed in fleecetrui en handschoenen bij een vuurtje in een ton stonden te koukleumen. En het liep storm, zo veel mensen kwamen een kerstboom kopen. De timing was dan ook van belang, want mijn vader wilde – en nog steeds – per se een uit de kluiten gewassen grove blauwspar. Zo een die nét getopt moet worden voor hij door de klapdeuren de woonkamer in wordt gesleept.

Dit is een exclusief artikel...

Abonneer je nu op Buitenleven om verder te lezen.

  • Uit het magazine