Een tuinmetamorfose hoeft niet altijd veel voeten in aarde te hebben. Soms zijn er maar een paar kleine correcties nodig om je tuin te verbeteren én je tuinplezier te vergroten. Met de aanschaf van een heerlijk geurende plant bijvoorbeeld, of de aanleg van een eenjarige eetbare pluktuin in potten. Als je in april aan de slag gaat, pluk je deze zomer nog de vruchten van deze vijf ideeën.

1. Maak een eenjarige pluktuin

Niets smaakt zo lekker als groenten en fruit uit je eigen tuin. Alleen al omdat je ze zelf hebt verzorgd. Je hoeft er helemaal geen grote moestuin voor aan te leggen, want een handjevol eigen oogst geeft al veel voldoening. Begin in april gewoon eens met een paar eetbare planten in potten. Maak het jezelf makkelijk en koop bij de kweker of op de markt (biologische) groenteplanten. Geen groene vingers? Kies dan ‘makkelijke’ gewassen als sla, courgette, komkommers, een paar pootaardappelen en tuinkruiden (lees alles over makkelijke groenten om zelf te kweken). Een hanging basket met aardbeien kun je altijd wel ergens kwijt. Snoeptomaten, pepertjes en paprika’s zet je op een zonnige plek in een ruime pot met een goed afwateringssysteem. Kies voor planten die al kleine vruchten hebben of al hebben gebloeid. Zo weet je zeker dat je dit jaar kunt oogsten. Dat geldt ook voor vaste planten als bessenstruiken, bramen en frambozen, die je in het najaar snoeit en in de volle grond zet. Is het je goed bevallen? Maak dan in het najaar plannen voor een stukje moestuin. Of kies volgend jaar gewoon weer voor een eenjarige eetbare pluktuin.

2. Verbeter je uitzicht vanuit huis

In ons klimaat brengen we de meeste tijd nog altijd binnen door, en niet buiten in de tuin. Zorg er daarom voor dat je je tuin ook vanuit huis fijn kunt beleven. Veel mensen maken bijvoorbeeld standaard een terras direct achter de achterdeur. Zo kijk je vanuit binnen altijd tegen de tuinmeubels aan. Houd je blik op het groen juist vrij door je terras te verplaatsen naar een andere plek in de tuin. Laat eens een stukje border doorlopen tot aan het raam en plaats hier je lievelingsplanten in. Of zet ze in potten. Of haal de dieren ook in de maanden april tot en met augustus in je tuin door het ophangen van voer voor vogels en eekhoorns. Nog een idee is om eens goed te kijken naar de zichtlijnen vanuit je huis. Kijk je tegen een kale schutting of een ander storend element aan? Zet hier dan een echte blikvanger voor, een mooi bloeiende heester bijvoorbeeld. Of ‘gewoon’ een mooie grote pot die je steeds vult met seizoensbloeiers. Op die manier haal je buiten meer naar binnen.

3. Kies geurende planten voor je tuin

Hoe kun je het buitenleven in je tuin nog intenser beleven? Met geurende planten! Misschien wil je deze zomer in je eigen achtertuin wel even wegdromen naar Zuid-Frankrijk of Italië. Dat lukt prima met een paar potten vol mediterrane kruiden. Zodra de zon schijnt op lavendel, rozemarijn en basilicum waan je je – met je ogen dicht – in het zuiden (bekijk meer planten voor een vakantiegevoel). Denk hierbij ook aan avondbloeiers. Op een zwoele avond is het heerlijk om af en toe een zweem van de nachtviolier (Matthiola longipetala) of siertabak Nicotiana x sanderae ‘Fragrant Cloud’ op te vangen. Zaai in april deze eenjarigen langs het pad dat je dagelijks beloopt. Zo kun je steeds even een ‘frisse neus’ halen. Overtuigd? Zet in het najaar dan vast op de planning dat je een mooie geurende heester uitzoekt. Als je kiest voor winterbloeiers als toverhazelaar (Hamamelis), winterzoet (Chimonanthus praecox) of winterjasmijn (Jasminum nudiflorum) geniet je al vroeg in het jaar van geur in je tuin. Nog meer plantinspiratie nodig? Lees verder over geurende klimplanten.

4. Vervang de tegels in de tuin

Alle campagnes ten spijt; de meeste Nederlanders hebben nog altijd een tegeltuin. Vaak omdat een betegelde tuin onderhoudsarm is. Terwijl er alternatieven zijn die óók weinig onderhoud vragen, maar wel een stuk beter zijn voor het milieu. Vervang je tegels bijvoorbeeld door waterdoorlatende klinkers, of plaats er gootstrips tussen. Zo kan het regenwater de grond in zakken. Kies voor halfverharding als boomschors, houtsnippers, split en schelpen. Die materialen hebben als bijkomend voordeel dat ze minder hitte afgeven dan tegels en slakken gaan bovendien liever een blokje om. Nog een optie is je tegelpad vervangen door stapstenen en daartussen (bloeiende) bodembedekkers planten die het onkruid weren. Denk aan loopkamille Chamaemelum nobile ‘Treneague’, kruiptijm (Thymus praecox) en stekelnootje Acaena microphylla. Of overweeg houten vlonders. Maar uiteindelijk is de milieuvriendelijkste bestrating natuurlijk geen bestrating maar groen. En die tegels? Maak er leuke stapelmuurtjes van die je laat begroeien. Tip: sommige gemeenten verstrekken subsidie voor het vervangen van tegels door groen. Check dit via de Groenesubsidiewijzer van Milieu Centraal.

5. Verklein je gazon en laat het verwilderen

Een strak gazon is weliswaar een groen rustpunt in je tuin. En een plek om, met blote voeten, zacht op te zitten. Maar voor de biodiversiteit in je tuin doet het weinig. Kun je een stukje gazon missen? Laat dit dan gewoon eens een tijdje ongemoeid. Misschien komen er wel madeliefjes op, pinksterbloemen, herderstasjes en andere ‘wilde kruiden’. Wil je sneller resultaat? Verticuteer dan in april nog het gras en zaai en er een mengsel van bloemrijk of kruidenrijk grasland. Daar komen dan deze zomer nog heel wat vlinders en andere insecten op af. Bekijk meer tips voor een bloemenweide in je tuin. In het najaar kun je biologische verwilderingsbolletjes planten. Zo kunnen de bijen volgend jaar al vroeg voedsel vinden in jouw tuin.